Pablo Picasso was één van de grootste en meest invloedrijkste kunstenaars van de 20e eeuw. Hij was ook bekend als de mede oprichter van het Kubisme.
Picasso was in 1881 in Malaga, Spanje geboren en werd één van de grootste en meest invloedrijkste kunstenaars van de 20e eeuw. Samen met Georges Braque begon hij met het Kubisme. Picasso was nogal uitgesproken in zijn werk. Na een lange carriere, stierf Picasso op 8 april 1973 in Mougins Frankrijk. Zijn nalatenschap is een enorme hoeveelheid werk en de legende leeft nog voort.
Beginjaren van Picasso
In zijn vroege jaren was het talent van Picasso al zichtbaar. Volgens de legende waren zijn eerste woorden “piz piz” dit staat voor het Spaanse woord lápiz wat potlood betekent. Picasso’s vader begon hem te leren tekenen en toen hij een jaar of 13 was, kon hij beter tekenen dan zijn vader. Hij verloor hierna zijn interesse in school en besteedde zijn tijd met het voltekenen van zijn schriften.
Verhuizing naar Barcelona
In 1895, toen Picasso 14 jaar oud was, verhuisde hij met zijn familie van Malaga naar Barcelona. Daar aangekomen wilde hij op de prestigieuze “School of Fina Arts”. Normaal gesproken worden daar alleen studenten toegelaten die een paar jaar ouder zijn. Maar het toelatingsexamen van Picasso was zo uitzonderlijk goed dat er voor hem een uitzondering gemaakt werd en Picasso werd toegelaten.
Picasso had het niet zo op de regels van de school en spijbelde op school. In de tijd dat hij op school moest zitten, zwierf hij door de stad om de straten van Barcelona te tekenen.
Verhuizing naar Madrid
Op 16 jarige leeftijd (1897) verhuisde Picasso naar Madrid om daar te gaan studeren aan de Royal Academy of San Fernando. Maar hier raakte hij gefrustreerd door de klassikale opdrachten en technieken. Hij begon weer met spijbelen en door Madrid te zwerven. Daar tekende hij alles wat hij in de stad zag. Zoals Zigeuners, bedelaars en prostituees.
In 1899 verhuisde Picasso terug naar Barcelona en sloot zich daar aan bij een groep kunstenaars en intellectuelen. Zij hadden hun hoofdkwartier in café El Quatre Gats (De 4 katten). Door raakte Picasso geïnspireerd door de anarchisten en radicalen en brak met de klassieke stijl die hem was geleerd.
Picasso’s Blauwe Periode (1901-1904)
In het begin van de 20e eeuw verhuisde Pablo Picasso naar Parijs, het culturele centrum van Europese kunst. Door kunst kenners wordt de periode van 1901 tot 1904 als de blauwe periode van Picasso aangeduid. Dit omdat de kleur blauw het werk van Picasso domineerde. Picasso’s beroemdste werk van de blauwe periode waren “Blue Nude,” “La Vie” en “The Old Guitarist”. Alle werken waren in 1903 gemaakt. Deze periode wordt gekenmerd door de depressie waar Picasso in zat door de dood van zijn goede vriend Carlos Casagemas.Picasso’s Roze Periode (1904- 1906)
Picasso was rond het jaar 1905 zijn depressie te boven. Hij was tot over zijn oren verliefd op het model Fernande Olivier. Door zijn verbeterde gemoedstoestant werd zijn werk gekenmerkt door warmerere kleuren zoals roze en rood. Deze periode staat bekend als zijn Roze Periode (1904-1906). Zijn bekendste werken uit deze periode zijn: “Family at Saltimbanques” (1905), “Gertrude Stein” (1905-06) en “Two Nudes” (1906).
Picasso’s Kubistische Periode (1907- 1916)
In 1907 produceerde Picasso een schilderij zoals hij of iemand anders nog nooit gemaakt had. Het werk zou de kunst van de 20e eeuw beïnvloeden. Het werk “Les Demoiselles d’Avignon” over 5 naakte prostituees wordt tegenwoordig beschouwd als inspiratie voor het kubisme.
Picasso’s Klassiek Periode (1917- 1925)
De start van de Eerste Wereldoorlog wordt beschouwd als de volgende grote verandering in Picasso’s werk. Het werk werd somberder. Zijn werk tussen 1918 en 1927 wordt beschouwd als de Klassieke periode. Het was een korte terugkeer naar realisme in een carriere welke grotendeels door expirimenten werd gedomineerd. Zijn meest interessante werken uit deze periode zijn: “Three Women at the Spring” (1921), “Two Women Running on the Beach/The Race” (1922) en “The Pipes of Pan” (1923).
Picasso’s Surrealistische Periode (1925-1935)
Van het jaar 1927 kwam Picasso in aanraking met een nieuwe filosofische en culturele beweging die bekend stond als Surealisme.
Picasso’s bekendste Surrealistische werk, algemeen beschouwd als één van de grootste schilderijen uit de geschiedenis, werd in 1937 tijdens de Spaanse Burgeroorlog gemaakt. Picasso was verbolgen over een Duits bombardement op de Baskische stad Guernica op 26 april 1937. Picasso’s reactie op het bombardement was het schilderij “Guernica”. Het schilderij was in zwart, wit en grijstinten uitgevoerd. Het werk is een Surrealisch statement op de verschrikkingen van de oorlog.
Picasso’s Abstracte Periode (1935-1973)
Picasso werd na het einde van de Tweede Wereldoorlog politiek actiever. Hij sloot zich aan bij de Communistische partij en kreeg tweemaal de Lenin Peace prijs (in 1950 en 1961). Hij genoot nu internationale bekendheid als ’s wereld meest beroemde, levende kunstenaar.
Zij latere werk was, in tegenstelling tot zijn complexe Kubisme, simpel. In deze periode schilderde hij “Self Portait Facing Death”, één jaar voor zijn overlijden.
Dood en nalatenschap
Pablo Picasso bleef tot aan zijn dood werken. Hij geloofde dat blijven werken hem in leven zou houden. Pablo Picasso stierf op 8 april 1973 op 93 jarige leeftijd in Mougins, Frankrijk. Zijn nalatenschap blijft echter nog voortbestaan.
Persoonlijk leven
Picasso was een echte womanizer. Hij had een grote hoeveelheid relaties met vriendinnen, minnaressen, muzen en prostituees. Picasso trouwde tweemaal. Zijn eerste huwelijk was in 1918 met ballerina Olga Khokhlova. Het huwelijk hield 9 jaar stand. Samen kregen zijn hun zoon Pablo.
In 1961, op 79 jarige leeftijd, trouwde Picasso voor de tweede keer. Zijn tweede huwelijk met Jacqueline Roque hield stand tot 1986, toen pleegde zijn vrouw zelfmoord.
Tijdens zijn eerste huwelijk met Khokhlova begon Picasso een lange relatie met Marie-Thérèse Walter. Samen kregen zijn een dochter, Maya. Walter pleegde zelfmoord nadat Picasso stierf.
In 1935 ontmoette Picasso Dora Maar, ook een kunstenaar, op de set van Jean Renoir’s film Le Crime de Monsieur Lange. Zij kregen een professionel en romantische realatie die meer dan 10 jaar duurde. Tijdens deze periode had Maar last van depressies. De relatie duurde tot 1946.
3 jaar later kreeg Picasso een affaire met een Française Françoise Gilot genaamd. Samen kregen zij 2 kinderen; zoon Claude en dochter Paloma. In 1953 gingen zij uit elkaar.
In totaal kreeg Picasso 4 kinderen: Paulo (Paul), Maya, Claude en Paloma.
Geef een reactie